de vos
Geplaatst: 26 nov 2018, 18:46
De vos (Vulpes vulpes):
De vos is familie van de hond. Een vrouwtjesvos noemt men een moer (moervos) en een mannetje een rekel. De puppy’s van vossen worden welpen genoemd/ Ondanks dat de vos familie is van de hond, is de vos de enige hondachtige die in staat is zijn klauwen in te trekken zoals katten dat doen. Een andere gelijkenis met katten zijn de ogen van de vos. Vossen hebben ovale, verticale pupillen (beter nachtzicht), in tegenstelling tot andere verwanten van de hondenfamilie. Zo is een vos bijvoorbeeld in staat om zijn nagels in te trekken, waardoor hij – net zoals katten – in bomen kan klimmen en slapen. Bovendien lopen beide op hun tenen, waardoor ze altijd erg sierlijk lijken tijdens het wandelen. Nog een overeenstemmend feit is dat beide dieren op dezelfde manier jagen. Het sluipen en het bespringen van de prooi is bij de twee erg gelijkend. Zowel katten en vossen zijn ’s nachts actiever en doordat ze beide verticale oogpupillen hebben, zijn ze goed aangepast om te zien in het donker. De vossenvacht is over het algemeen roodbruin, maar kan ook beige tot helderrood zijn, of zilverkleurig tot zwart (vooral in de bergen). De oren zijn aan de achterzijde zwart, evenals de "sokken", de onderbenen.
Sommige dieren hebben een witte staartpunt; veel vossen hebben in ieder geval enkele witte haren rond het puntje van de staart.
Op de wangen zit bij veel vossen een zwarte of bruine "traandruppel". Sommige dieren hebben een staalgrijze keel en buik, met een witte ster op de borst. In de paartijd heeft het vrouwtje, de moervos, een roze glans over de vacht aan de onderzijde.
De vos heeft een slanke snuit en puntige rechtopstaande oren waarmee hij een klok hoort tikken op 36 meter afstand. De staart is lang, dik en ruig. Hij heeft een schouderhoogte van 35 tot 40 centimeter en staat hoog op de poten. Hij heeft een kop-romplengte van 58 tot 90 centimeter met een staart van 32 tot 48 centimeter. Hij weegt zes tot tien, soms vijftien kilogram. Mannetjes zijn over het algemeen groter dan vrouwtjes. Ze kunnen gemiddeld zo'n 12 jaar worden.
De vos heeft aan beide kanten van de staart geurklieren. Eén paar zit vlak boven de anus, een ander boven op de staart. De afscheiding van die laatste klier zou de geur van viooltjes hebben en wordt daarom de vioolklier genoemd
De vos kan zich goed aanpassen en komt in bijna elke habitat voor: woestijnen, toendra's, moerassen, gebergten, duinen en landbouwgebieden. Ook komt de vos ook voor in stedelijk gebied, voornamelijk in buitenwijken, waar huizen grote tuinen hebben, en in stadsparken. Vossen hebben snorharen op hun neus, net zoals honden en katten. Raar genoeg is dat niet de enige plaats, want snorharen bij de vos bevinden zich ook nog eens op hun poten. Hierdoor is de vos beter in staat om zijn weg te vinden en is hij zeer gevoelig voor alle trillingen rondom hem. De vos gebruikt meer dan 40 soorten geluiden. Het meest opvallende en angstaanjagende geluid is een luide schreeuw. Daarnaast produceert de vos nog tientallen andere stemgeluiden om zijn soortgenoten te roepen, alarm te slaan en natuurlijk om te pronken bij de vrouwtjes. Vos met prooi
Vossen zijn uitstekende jagers en dat hebben ze te danken aan hun speciale gave, waarbij ze zich orienteren via het magnetisch veld van de aarde. Dit veld kunnen ze waarnemen in een soort schaduw-cirkel rondom hen, dat een trigger doorgeeft wanneer een prooi verderop geluid maakt. De vos vangt dit op via de trillingen en kan daardoor héél precies op zijn prooi springen. Er zijn meer dieren die het magnetisch veld van de aarde waarnemen (denk maar aan een duif!), maar een vos ‘ziet’ het magnetisch veld, als een soort ring van schaduw in zijn ogen. Tijdens het jagen gebruikt hij deze eigenschap om zijn prooi vanuit de beste richting te besluipen. Een vos heeft blijkbaar de meeste kans om zijn prooi te doden als hij deze besluipt vanuit het noordoosten. Vossen jagen solitair, meestal 's nachts en in de schemering, maar in onverstoorde gebieden jaagt hij liever overdag. De vos is een opportunist: hij eet bijna alles. Hij kan hard rennen, tot zestig kilometer per uur, alhoewel zes tot dertien kilometer per uur de normale snelheid is.
Zijn prooien zijn meestal kleine en middelgrote prooidieren, zoals grote kevers, muizen, konijnen, hazen, vogels, eieren, regenwormen, egels. Maar ook vruchten zoals braam en zelfs afval staat op het menu.De vos negeert kikkers, padden en mollen en spitsmuizen... kwestie van smaak.
Dagelijks moet een vos ongeveer vijfhonderd gram aan voedsel binnenkrijgen. Een vos doodt soms meer dan hij nodig heeft. Vooral op plaatsen waar meerdere prooidieren op elkaar zitten en niet kunnen ontsnappen, kan hij een ware slachtpartij aanrichten, bijvoorbeeld in kippenhokken of kolonies van grondbroedende vogels als kokmeeuwen. Voedselresten worden begraven en later weer opgezocht, maar de vos legt geen voedselvoorraden aan. Een vos is meestal zeer succesvol in het terugvinden van begraven voedsel.
Leven in groep:
De vos leeft meestal in een groep van zo'n zes dieren. Een dominante rekel (mannetjesvos) en een dominante moervos (vrouwtjesvos) worden begeleid door meerdere moervossen, waarschijnlijk uit vorige worpen. Meestal zijn alle vrouwtjes in een groep aan elkaar verwant. Rekels worden, zodra ze volwassen zijn, uit de groep verjaagd. De ondergeschikte moervossen zijn helpers, die helpen met de opvoeding van de jongen ( extra wijfjes of tantes brengen zelf geen nest groot maar brengen wel voedsel aan voor de jongen van het dominante vrouwtje ). Maar soms gebeurt het in een groep dat er toch meerdere nesten zijn. De worpen worden dan vaak samengevoegd tot één groep welpen, die bij alle moervossen mogen zogen.
Het territorium kan tot 12 km² bedragen, al naargelang van voedselaanbod, veilige nestplaatsen en dergelijke. Hun leefplek wordt afgebakend met geursporen, voornamelijk urine en uitwerpselen, die worden geplaatst op duidelijk zichtbare en ruikbare plaatsen, maar vooral op vaak gebruikte plaatsen. Over het algemeen bakenen alleen de dominante moervossen het territorium af met urine.
De vos kan ten minste 28 verschillende geluiden voortbrengen en kent ook een groot aantal houdingen om mee te communiceren. Onderdanige vossen houden bijvoorbeeld de oren naar achter, de mond lichtelijk open met opgetrokken lippen en kwispelen bochtig met hun staart. Agressieve vossen plaatsen de oren zijdelings en houden de mond wagenwijd open.
Hol
Vossen leven in een hol. Het hol is zelf gegraven of van een konijn of een das. De doorsnee van de pijp (gang naar het hol) is ongeveer 20 cm. Het komt voor dat vossen zelfs hun hol delen met konijnen en dassen. Een zelfgegraven hol bevindt zich meestal in een zandbank, onder een omgevallen boom, tussen boomwortels of onder rotsen en heeft vaak twee tot vier ingangen.
Een groot hol, met meerdere ingangen, wordt een ook een burcht genoemd. Meestal gebruiken alleen drachtige vrouwtjes het hol. Buiten het voortplantingsseizoen verblijft de vos overdag meestal op beschutte plaatsen. Een vossenhol ruik je zeer fel. Voortplanting
Vossen zijn vaak monogaam ( 1 partner ). De paartijd vindt plaats in de winter, wanneer de vrouwtjes gedurende slechts een tot zes dagen vruchtbaar zijn en mannetjes op hun vruchtbaarst zijn. De jongen worden na een draagtijd van 51 tot 56 dagen in de lente (tussen maart en mei) geboren. Het hol wordt soms gedeeld door drachtige vrouwtjes.
Een worp telt meestal 4 tot 6 welpen. Worpen van 5 tot 8 jongen komen ook voor, bij uitzondering zelfs 10. Dit aantal is afhankelijk van het voedselaanbod. In gebieden met veel vossen zijn de worpen kleiner. Bij de geboorte zijn de jongen blind en doof en wegen ongeveer 100 gram. Ze hebben bij de geboorte een donkere fluwelen vacht, stompe snuitjes en kleine oren. De eerste twee tot drie weken zijn de jongen volledig afhankelijk van hun moeder. De vader en de helpers brengen de eerste dagen voedsel voor de moeder; nadat de jongen gespeend zijn, helpt ook de moeder mee.
Jongen:
Na elf tot veertien dagen gaan de ogen open. De eerste maand zijn de ogen blauw van kleur, maar later worden ze bruin. Als de welpen vier weken oud zijn, groeien de neus en oren snel en komt er een rossige glans over de vacht. Ze eten rond deze tijd hun eerste vaste voedsel. Na zes weken worden de welpen gespeend en na zeven tot acht weken hebben ze het volledige melkgebit.
Na zes maanden zijn jonge vossen op het oog niet meer te onderscheiden van volwassen dieren. Tegen de herfst zijn de jongen volwassen en gaan ze een eigen territorium zoeken. Na tien maanden zijn ze geslachtsrijp.
Enkele weken na de geboorte verhuist de moeder haar jongen vaak naar een ander, groter hol. Het mannetje verblijft niet bij het vrouwtje en de jongen in het hol maar brengt wel voedsel aan voor haar en de jongen.
Bedreiging en levensverwachting
De meeste vossen worden echter niet ouder dan 3 jaar. Jacht is de voornaamste doodsoorzaak. Ook worden veel vossen slachtoffer van het verkeer. Ziektes waaraan vossen kunnen lijden zijn bijvoorbeeld schurft en hondsdolheid. Verder zijn ze ook drager van vlooien, teken en een serie parasieten waarvan de vossenlintworm de belangrijkste is (tot 4 verschillende soorten per vos). De vos ondervindt geen schade van deze lintworm. Vos als huisdier
De vos is niet geschikt als huisdier en is meestal mensenschuw, hoewel ze in sommige omgevingen bedelgedrag kunnen aanleren.
In België mag het dier niet zonder erkenning als huisdier worden gehouden. In veel landen worden vossen gefokt voor hun pels,
met name in China en Finland. In Nederland en België is dit verboden.
Hoe krijg je de vos te zien?
Om een levende vos te spotten, moet je in het duister op stap. De vos is immers vooral in het schemerduister en ’s nachts actief.
Het gros van de waarnemingen heeft betrekking op toevallige ontmoetingen, vaak in het licht van de autolampen. Voor vossenspeurders kunnen ook de typische uitwerpselen, de sterke, ranzige vossengeur en het nachtelijk geblaf je op het juiste spoor zetten om een vos te zien te krijgen.
De vos is een hondachtige en zijn pootafdrukken lijken op die van een hond. Toch zijn er een paar duidelijke verschillen: het middenvoetkussen is ongeveer tweemaal zo groot als een teenkussen (bij hond ongeveer drie maal) en de nagelafdrukken zijn erg scherp (stomp bij hond). Ook is de afdruk van een vos veel slanker (eivormig) terwijl die van een hond meer cirkelvormig is.
Weetjes
In Vlaanderen is de vos (na de egel) het belangrijkste verkeersslachtoffer onder de zoogdieren.
Gemiddeld worden elk jaar op 668 verkeerslachtoffers gemeld.
Velen kennen het middeleeuwse verhaal van de sluwe vos Reinaert. Dit verhaal deed het imago van de vos geen goed. Hij zou een sluw en bedrieglijk dier zijn, die graag eieren rooft en pluimvee doodt. Verdient de vos deze slechte reputatie? Niet echt. Marters, bunzings, nertsen, hermelijnen en roofvogels noemt men niet ‘sluw’ of ‘bedrieglijk’, maar zij stelen evengoed eieren of doden pluimvee. Hieronder een aantal interessante ‘vossen weetjes’ op een rij.
De Poolvos is de witte variant van de vosfamilie. Hij leeft op de Noordelijke ijsvlakten en kan bijzonder lage temperaturen weerstaan. Een Poolvos kan zonder problemen temperaturen verdragen tot -70 graden, dankzij zijn speciale vacht. Hij heeft zelfs vacht tussen zijn voetkussentjes om hem warm te houden!
De kleinste vossensoort ter wereld is de Woestijnvos, ook wel de Fennec vos genaamd. Deze diertjes worden niet groter dan een kitten en wegen ongeveer 1,2 kilogram als ze volwassen zijn. Toch zijn de oren van de Woestijnvos uitzonderlijk groot. Die hebben echter nog een ander doel naast het uitzonderlijk goed horen van prooidieren. Zijn grote oorschelpen zorgen er namelijk voor dat hij het teveel aan lichaamswarmte kwijt kan spelen. Dat kan namelijk wel handig zijn in de woestijn…
De grijze vos is de enige hondensoort die in bomen kan klimmen!
De vos is familie van de hond. Een vrouwtjesvos noemt men een moer (moervos) en een mannetje een rekel. De puppy’s van vossen worden welpen genoemd/ Ondanks dat de vos familie is van de hond, is de vos de enige hondachtige die in staat is zijn klauwen in te trekken zoals katten dat doen. Een andere gelijkenis met katten zijn de ogen van de vos. Vossen hebben ovale, verticale pupillen (beter nachtzicht), in tegenstelling tot andere verwanten van de hondenfamilie. Zo is een vos bijvoorbeeld in staat om zijn nagels in te trekken, waardoor hij – net zoals katten – in bomen kan klimmen en slapen. Bovendien lopen beide op hun tenen, waardoor ze altijd erg sierlijk lijken tijdens het wandelen. Nog een overeenstemmend feit is dat beide dieren op dezelfde manier jagen. Het sluipen en het bespringen van de prooi is bij de twee erg gelijkend. Zowel katten en vossen zijn ’s nachts actiever en doordat ze beide verticale oogpupillen hebben, zijn ze goed aangepast om te zien in het donker. De vossenvacht is over het algemeen roodbruin, maar kan ook beige tot helderrood zijn, of zilverkleurig tot zwart (vooral in de bergen). De oren zijn aan de achterzijde zwart, evenals de "sokken", de onderbenen.
Sommige dieren hebben een witte staartpunt; veel vossen hebben in ieder geval enkele witte haren rond het puntje van de staart.
Op de wangen zit bij veel vossen een zwarte of bruine "traandruppel". Sommige dieren hebben een staalgrijze keel en buik, met een witte ster op de borst. In de paartijd heeft het vrouwtje, de moervos, een roze glans over de vacht aan de onderzijde.
De vos heeft een slanke snuit en puntige rechtopstaande oren waarmee hij een klok hoort tikken op 36 meter afstand. De staart is lang, dik en ruig. Hij heeft een schouderhoogte van 35 tot 40 centimeter en staat hoog op de poten. Hij heeft een kop-romplengte van 58 tot 90 centimeter met een staart van 32 tot 48 centimeter. Hij weegt zes tot tien, soms vijftien kilogram. Mannetjes zijn over het algemeen groter dan vrouwtjes. Ze kunnen gemiddeld zo'n 12 jaar worden.
De vos heeft aan beide kanten van de staart geurklieren. Eén paar zit vlak boven de anus, een ander boven op de staart. De afscheiding van die laatste klier zou de geur van viooltjes hebben en wordt daarom de vioolklier genoemd
De vos kan zich goed aanpassen en komt in bijna elke habitat voor: woestijnen, toendra's, moerassen, gebergten, duinen en landbouwgebieden. Ook komt de vos ook voor in stedelijk gebied, voornamelijk in buitenwijken, waar huizen grote tuinen hebben, en in stadsparken. Vossen hebben snorharen op hun neus, net zoals honden en katten. Raar genoeg is dat niet de enige plaats, want snorharen bij de vos bevinden zich ook nog eens op hun poten. Hierdoor is de vos beter in staat om zijn weg te vinden en is hij zeer gevoelig voor alle trillingen rondom hem. De vos gebruikt meer dan 40 soorten geluiden. Het meest opvallende en angstaanjagende geluid is een luide schreeuw. Daarnaast produceert de vos nog tientallen andere stemgeluiden om zijn soortgenoten te roepen, alarm te slaan en natuurlijk om te pronken bij de vrouwtjes. Vos met prooi
Vossen zijn uitstekende jagers en dat hebben ze te danken aan hun speciale gave, waarbij ze zich orienteren via het magnetisch veld van de aarde. Dit veld kunnen ze waarnemen in een soort schaduw-cirkel rondom hen, dat een trigger doorgeeft wanneer een prooi verderop geluid maakt. De vos vangt dit op via de trillingen en kan daardoor héél precies op zijn prooi springen. Er zijn meer dieren die het magnetisch veld van de aarde waarnemen (denk maar aan een duif!), maar een vos ‘ziet’ het magnetisch veld, als een soort ring van schaduw in zijn ogen. Tijdens het jagen gebruikt hij deze eigenschap om zijn prooi vanuit de beste richting te besluipen. Een vos heeft blijkbaar de meeste kans om zijn prooi te doden als hij deze besluipt vanuit het noordoosten. Vossen jagen solitair, meestal 's nachts en in de schemering, maar in onverstoorde gebieden jaagt hij liever overdag. De vos is een opportunist: hij eet bijna alles. Hij kan hard rennen, tot zestig kilometer per uur, alhoewel zes tot dertien kilometer per uur de normale snelheid is.
Zijn prooien zijn meestal kleine en middelgrote prooidieren, zoals grote kevers, muizen, konijnen, hazen, vogels, eieren, regenwormen, egels. Maar ook vruchten zoals braam en zelfs afval staat op het menu.De vos negeert kikkers, padden en mollen en spitsmuizen... kwestie van smaak.
Dagelijks moet een vos ongeveer vijfhonderd gram aan voedsel binnenkrijgen. Een vos doodt soms meer dan hij nodig heeft. Vooral op plaatsen waar meerdere prooidieren op elkaar zitten en niet kunnen ontsnappen, kan hij een ware slachtpartij aanrichten, bijvoorbeeld in kippenhokken of kolonies van grondbroedende vogels als kokmeeuwen. Voedselresten worden begraven en later weer opgezocht, maar de vos legt geen voedselvoorraden aan. Een vos is meestal zeer succesvol in het terugvinden van begraven voedsel.
Leven in groep:
De vos leeft meestal in een groep van zo'n zes dieren. Een dominante rekel (mannetjesvos) en een dominante moervos (vrouwtjesvos) worden begeleid door meerdere moervossen, waarschijnlijk uit vorige worpen. Meestal zijn alle vrouwtjes in een groep aan elkaar verwant. Rekels worden, zodra ze volwassen zijn, uit de groep verjaagd. De ondergeschikte moervossen zijn helpers, die helpen met de opvoeding van de jongen ( extra wijfjes of tantes brengen zelf geen nest groot maar brengen wel voedsel aan voor de jongen van het dominante vrouwtje ). Maar soms gebeurt het in een groep dat er toch meerdere nesten zijn. De worpen worden dan vaak samengevoegd tot één groep welpen, die bij alle moervossen mogen zogen.
Het territorium kan tot 12 km² bedragen, al naargelang van voedselaanbod, veilige nestplaatsen en dergelijke. Hun leefplek wordt afgebakend met geursporen, voornamelijk urine en uitwerpselen, die worden geplaatst op duidelijk zichtbare en ruikbare plaatsen, maar vooral op vaak gebruikte plaatsen. Over het algemeen bakenen alleen de dominante moervossen het territorium af met urine.
De vos kan ten minste 28 verschillende geluiden voortbrengen en kent ook een groot aantal houdingen om mee te communiceren. Onderdanige vossen houden bijvoorbeeld de oren naar achter, de mond lichtelijk open met opgetrokken lippen en kwispelen bochtig met hun staart. Agressieve vossen plaatsen de oren zijdelings en houden de mond wagenwijd open.
Hol
Vossen leven in een hol. Het hol is zelf gegraven of van een konijn of een das. De doorsnee van de pijp (gang naar het hol) is ongeveer 20 cm. Het komt voor dat vossen zelfs hun hol delen met konijnen en dassen. Een zelfgegraven hol bevindt zich meestal in een zandbank, onder een omgevallen boom, tussen boomwortels of onder rotsen en heeft vaak twee tot vier ingangen.
Een groot hol, met meerdere ingangen, wordt een ook een burcht genoemd. Meestal gebruiken alleen drachtige vrouwtjes het hol. Buiten het voortplantingsseizoen verblijft de vos overdag meestal op beschutte plaatsen. Een vossenhol ruik je zeer fel. Voortplanting
Vossen zijn vaak monogaam ( 1 partner ). De paartijd vindt plaats in de winter, wanneer de vrouwtjes gedurende slechts een tot zes dagen vruchtbaar zijn en mannetjes op hun vruchtbaarst zijn. De jongen worden na een draagtijd van 51 tot 56 dagen in de lente (tussen maart en mei) geboren. Het hol wordt soms gedeeld door drachtige vrouwtjes.
Een worp telt meestal 4 tot 6 welpen. Worpen van 5 tot 8 jongen komen ook voor, bij uitzondering zelfs 10. Dit aantal is afhankelijk van het voedselaanbod. In gebieden met veel vossen zijn de worpen kleiner. Bij de geboorte zijn de jongen blind en doof en wegen ongeveer 100 gram. Ze hebben bij de geboorte een donkere fluwelen vacht, stompe snuitjes en kleine oren. De eerste twee tot drie weken zijn de jongen volledig afhankelijk van hun moeder. De vader en de helpers brengen de eerste dagen voedsel voor de moeder; nadat de jongen gespeend zijn, helpt ook de moeder mee.
Jongen:
Na elf tot veertien dagen gaan de ogen open. De eerste maand zijn de ogen blauw van kleur, maar later worden ze bruin. Als de welpen vier weken oud zijn, groeien de neus en oren snel en komt er een rossige glans over de vacht. Ze eten rond deze tijd hun eerste vaste voedsel. Na zes weken worden de welpen gespeend en na zeven tot acht weken hebben ze het volledige melkgebit.
Na zes maanden zijn jonge vossen op het oog niet meer te onderscheiden van volwassen dieren. Tegen de herfst zijn de jongen volwassen en gaan ze een eigen territorium zoeken. Na tien maanden zijn ze geslachtsrijp.
Enkele weken na de geboorte verhuist de moeder haar jongen vaak naar een ander, groter hol. Het mannetje verblijft niet bij het vrouwtje en de jongen in het hol maar brengt wel voedsel aan voor haar en de jongen.
Bedreiging en levensverwachting
De meeste vossen worden echter niet ouder dan 3 jaar. Jacht is de voornaamste doodsoorzaak. Ook worden veel vossen slachtoffer van het verkeer. Ziektes waaraan vossen kunnen lijden zijn bijvoorbeeld schurft en hondsdolheid. Verder zijn ze ook drager van vlooien, teken en een serie parasieten waarvan de vossenlintworm de belangrijkste is (tot 4 verschillende soorten per vos). De vos ondervindt geen schade van deze lintworm. Vos als huisdier
De vos is niet geschikt als huisdier en is meestal mensenschuw, hoewel ze in sommige omgevingen bedelgedrag kunnen aanleren.
In België mag het dier niet zonder erkenning als huisdier worden gehouden. In veel landen worden vossen gefokt voor hun pels,
met name in China en Finland. In Nederland en België is dit verboden.
Hoe krijg je de vos te zien?
Om een levende vos te spotten, moet je in het duister op stap. De vos is immers vooral in het schemerduister en ’s nachts actief.
Het gros van de waarnemingen heeft betrekking op toevallige ontmoetingen, vaak in het licht van de autolampen. Voor vossenspeurders kunnen ook de typische uitwerpselen, de sterke, ranzige vossengeur en het nachtelijk geblaf je op het juiste spoor zetten om een vos te zien te krijgen.
De vos is een hondachtige en zijn pootafdrukken lijken op die van een hond. Toch zijn er een paar duidelijke verschillen: het middenvoetkussen is ongeveer tweemaal zo groot als een teenkussen (bij hond ongeveer drie maal) en de nagelafdrukken zijn erg scherp (stomp bij hond). Ook is de afdruk van een vos veel slanker (eivormig) terwijl die van een hond meer cirkelvormig is.
Weetjes
In Vlaanderen is de vos (na de egel) het belangrijkste verkeersslachtoffer onder de zoogdieren.
Gemiddeld worden elk jaar op 668 verkeerslachtoffers gemeld.
Velen kennen het middeleeuwse verhaal van de sluwe vos Reinaert. Dit verhaal deed het imago van de vos geen goed. Hij zou een sluw en bedrieglijk dier zijn, die graag eieren rooft en pluimvee doodt. Verdient de vos deze slechte reputatie? Niet echt. Marters, bunzings, nertsen, hermelijnen en roofvogels noemt men niet ‘sluw’ of ‘bedrieglijk’, maar zij stelen evengoed eieren of doden pluimvee. Hieronder een aantal interessante ‘vossen weetjes’ op een rij.
De Poolvos is de witte variant van de vosfamilie. Hij leeft op de Noordelijke ijsvlakten en kan bijzonder lage temperaturen weerstaan. Een Poolvos kan zonder problemen temperaturen verdragen tot -70 graden, dankzij zijn speciale vacht. Hij heeft zelfs vacht tussen zijn voetkussentjes om hem warm te houden!
De kleinste vossensoort ter wereld is de Woestijnvos, ook wel de Fennec vos genaamd. Deze diertjes worden niet groter dan een kitten en wegen ongeveer 1,2 kilogram als ze volwassen zijn. Toch zijn de oren van de Woestijnvos uitzonderlijk groot. Die hebben echter nog een ander doel naast het uitzonderlijk goed horen van prooidieren. Zijn grote oorschelpen zorgen er namelijk voor dat hij het teveel aan lichaamswarmte kwijt kan spelen. Dat kan namelijk wel handig zijn in de woestijn…
De grijze vos is de enige hondensoort die in bomen kan klimmen!